Terreinmodus (indien van toepassing)
Terreinmodus kiezen

Bediening
-
Druk op de DRIVE/TERRAIN (rijden/terrein)-knop.
-
Draai aan de knop om de terreinmodus te kiezen.
-
De gekozen terreinmodus verschijnt op het instrumentenpaneel.
-
Druk opnieuw op de DRIVE/TERRAIN (rijden/terrein)-knop om terug te keren naar Drive-stand.
|
Modus |
Kenmerken |
|---|---|
|
SNEEUW |
De tractiekrachten van de auto worden correct verdeeld en het slippen van de wielen voorkomen tijdens het rijden op een besneeuwde of gladde weg. |
|
MUD (modder) |
De tractiekrachten van de auto worden correct verdeeld bij het rijden op modderige, onverharde of hobbelige wegen. |
|
SAND (zand) |
De tractiekrachten van de auto worden correct verdeeld bij het rijden op zandwegen, grindwegen of onverhard terrein. |

Als u de auto uitschakelt in de TERRAIN-stand, wordt toch de DRIVE-stand ingeschakeld als u de auto opnieuw start.