Instellingen Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen)
Functies instellen
Systeem aan-/uitschakelen

Terwijl de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) op ON staat, drukt u kort op de toets Lane Driving Assist op het
stuurwiel om het Lane Following Assist-systeem in te schakelen. Het witte of groene controlelampje (
) gaat branden op het instrumentenpaneel.
Druk opnieuw op de toets om de functie uit te schakelen.
Waarschuwingsvolume

Terwijl de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) in stand ON staat, selecteert u 'Driver Assistance → Warning volume' ('Bestuurdershulp → Waarschuwingsvolume') in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume voor Hands-Off Warning te wijzigen naar 'High', 'Medium', 'Low' of 'Off' ('Hoog', 'Gemiddeld', 'Laag' of 'Uit').
Zelfs als 'Off' ('Uit') wordt geselecteerd, wordt het volume van de waarschuwing van de functie echter niet helemaal uitgeschakeld, maar klinkt het volume zoals bij de instelling 'Low’ ('Laag').
Als u het waarschuwingsvolume wijzigt, kan dat ook het waarschuwingsvolume voor andere bestuurdershulpfuncties wijzigen.