Beperkingen van de grootlichtondersteuning
Mogelijk werkt grootlichtondersteuning niet goed in de volgende situaties:
-
Het licht van een voertuig wordt niet gedetecteerd door een beschadigde lamp, of omdat het licht geblokkeerd wordt, etc.
-
De koplamp van een voertuig is bedekt door stof, sneeuw of water.
-
De koplampen van een auto zijn uitgeschakeld, maar de mistlampen branden enz.
-
Er is een lamp met een vorm die lijkt op de koplamp van een auto.
-
Koplampen zijn beschadigd of niet correct gerepareerd.
-
Koplampen zijn niet correct afgesteld.
-
Er wordt op een smalle, bochtige weg, een oneffen wegdek, bergop of bergaf gereden.
-
De voorligger is gedeeltelijk zichtbaar op een kruispunt of een bochtige weg.
-
Er bevindt zich een verkeerslicht, reflecterend bord, knipperend bord of spiegel voor u.
-
Er bevindt zich een tijdelijke reflector of flitslamp voor u (bouwplaats, wegwerkzaamheden).
-
De wegdekomstandigheden zijn slecht, bijvoorbeeld nat of bedekt met ijs of sneeuw.
-
Een voertuig verschijnt plotseling uit een bocht.
-
De auto staat scheef door een lekke band of wordt gesleept.
-
Het licht van een voertuig wordt niet gedetecteerd door uitlaatgas, rook, mist, sneeuw enz.
-
De afbeeldingen of kleuren worden mogelijk anders weergegeven naargelang de specificaties van het instrumentenpaneel of het geselecteerde thema.
-
Zie CACHIGIDF6.html#CACHIGIDF6voor meer informatie over de beperkingen van de frontzichtcamera.
-
Soms werkt de grootlichtondersteuning niet goed. De functie dient alleen voor uw gemak. U bent als bestuurder altijd verantwoordelijk voor veilig rijgedrag en het controleren van de wegomstandigheden.
-
Als grootlichtondersteuning niet normaal werkt, schakel dan handmatig over tussen grootlicht en dimlicht.
-
Mogelijk werkt het niet gedurende 15 seconden na het starten van de auto of het inschakelen/resetten van de frontzichtcamera.