Laadstatuscontrolelampje voor draagbare lader

|
Controlelampje |
Meer informatie |
|
|---|---|---|
|
POWER |
Aan: Voeding aan |
|
|
CHARGE |
Aan: Charge knippert: stroombeperking omwille van hoge temperatuur van de stekker of hoge interne temperatuur |
|
|
FAULT |
knippert: laden onderbroken |
|
|
LAADNIVEAU |
12 |
12 A |
|
10 |
10 A |
|
|
08 |
8 A |
|
|
06 |
6 A |
|
|
De laadstroom verandert elke keer dat de toets (1) minder dan 1 seconde wordt ingedrukt terwijl de lader is aangesloten op een wandcontactdoos maar niet op de auto. Regeleenheid
![]() |
||
Status/diagnose/tegenmaatregel

-
Laadconnector op het voertuig aangesloten (POWER groen AAN)
-
Stekker verbonden met een contactdoos (POWER groen AAN)
Tijdens het opladen

-
Laadindicator (POWER groen AAN/CHARGE blauw AAN)
-
Laadstroom
Voordat u de laadstekker op het voertuig aansluit (Groen POWER (AAN/UIT)-lampje AAN, rood FAULT (FOUT)-lampje knippert)

-
Abnormale temperatuur
-
Storing in CCB (In-Cable Control Box)
Aangesloten op het voertuig (Groen POWER (AAN/UIT)-lampje AAN, roodFAULT (FOUT)-lampje knippert)

-
Storing in diagnoseapparaat
-
Stroomlek
-
Abnormale temperatuur
Lekstroomfout (POWER groen AAN, FAULT rood knipperend)

-
Als u de stekker van de lader ontkoppeld heeft en weer in het stopcontact heeft gestoken, lost u de foutmelding op door 2 seconden of langer op de toets te drukken.
Spaarstand

-
Het controlelampje van het laadniveau gaat uit als de status langer dan een 1 minuut niet wijzigt.
