Standen oproepen uit het geheugen
Bediening
-
Druk op de toets '1' of '2'.
-
Het systeem piept één keer.
-
-
Daarna worden de opgeslagen standen aangepast.
-
"Instellingen bestuurder 1 (of 2) toegepast" verschijnt op het infotainmentscherm.
Conditie(s) die de werking kunnen belemmeren of verhinderen
-
Wanneer de rijsnelheid hoger dan 3 km/u (2 mph) is.