Zoek enkel op titel
Home > Handleiding voor bestuurders > Achteruitrijmonitor (RVM) > Instellingen Achteruitrijmonitor

Instellingen Achteruitrijmonitor

Waarschuwingsmethoden

A: Bestuurdershulp

  1. Waarschuwingsmethoden

Waarschuwingsmethoden kunnen worden ingesteld als het voertuig in de stand ON staat. Selecteer InstellingenVoertuigDriver assistance (bestuurdersassistentie) → Waarschuwingsmethoden in het instellingenmenu van het infotainmentsysteem om volgende instellingen te wijzigen:

  • Prioriteit rijveiligheid: Verlaagt alle andere audiovolumes wanneer de achteruitkijkmonitor actief is.

OPMERKING
  • Als u de Waarschuwingsmethoden wijzigt, kan dit worden toegepast op elke functie van het bestuurdersassistentiesysteem. Controleer en wijzig dit in elke functie.

  • Wanneer de auto opnieuw wordt gestart, blijft de laatste instelling voor Waarschuwingsmethoden behouden.

  • Het instelmenu bestaat mogelijk niet op basis van de voertuigspecificatie.

Camera-instellingen (indien van toepassing)

A: Camera-instellingen

  1. Selectie van inhoud

  2. Beeldscherminstellingen

Met het voertuig ingeschakeld, selecteert u het instelpictogram () op het scherm of InstellingenVoertuigBestuurdersassistentieParkeerveiligheidCamera-instellingen op het scherm van het infotainmentsysteem om de instellingen van de Achteruitrijmonitor te wijzigen.

Achteruitrijmonitor uitgebreid

Als de Vergrote achteruitrijmonitor is geselecteerd, wordt de achteruitrijcamera zelfs weergegeven wanneer van R (Achteruit) naar N (Neutraal) of D (Rijden) wordt geschakeld.

Achteraanzicht parkeerhulp

Als de Achteraanzicht parkeerhulp in de display-informatie is geselecteerd, wordt de Achteraanzicht parkeerhulp weergegeven op de achtermonitor.

OPMERKING

Het instellingsmenu is mogelijk niet beschikbaar voor uw voertuig, afhankelijk van de specificaties van het voertuig.

OPMERKING

De horizontale richtlijnen van de achteraanzicht parkeerhulp toont de afstand van 0,5 m, 1 m en 2,3 m van de auto.