Modus
	Rijassistentie	Boordcomputer	Rijadvies (TBT, Turn by Turn)*	Gebruikersinstellingen	Informatie	Hoofdwaarschuwingslampje
Omhoog/Omlaag	Ondersteuning botsingsvermijding voorzijde Lane Keeping Assist (Rijvakassistentie) Botsingsvermijding blinde hoek* Smart Cruise Control* Hulp bij rijbaan volgen	Rij-informatie	Routebegeleiding	Bestuurdershulp*	Verdeling aandrijfkracht (vierwielaandrijving)*	De Hoofdwaarschuwingsmodus geeft waarschuwingsmeldingen weer met betrekking tot de auto wanneer een of meerdere systemen niet normaal functioneren.
	Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder)	Sinds tanken	Bestemmingsinfo	Instrumentenpaneel	TPMS
	Intelligent Speed Limit Assist (ISLA)	Totale informatie		Verlichting*	Ureumniveau*
		Digitale snelheidsmeter*		Portier*
				Gebruiksgemak*
				Eenheden
				Taal
				Reset

* : indien van toepassing

1. Gemiddeld brandstofverbruik

2. Actueel brandstofverbruik

2. Actueel brandstofverbruik

Geeft bij een rijsnelheid van ten minste 10 km/h (6 mph) het brandstofverbruik over de laatste paar seconden weer.

OPMERKING

Die informatie wordt steeds centraal onderaan op het volledig LCD-instrumentenpaneel weergegeven (type B).

Deze modus geeft de toestand weer van:

• Ondersteuning botsingsvermijding voorzijde

  Lane Keeping Assist (Rijvakassistentie)

  Botsingsvermijding blinde hoek

  Smart Cruise Control

  Hulp bij rijbaan volgen

• Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder)

• Intelligent Speed Limit Assist (ISLA)

* U kunt in deze volgorde door de items bladeren.

A: Info Rit

1. Totale rijafstand van de trip

2. Gemiddelde brandstofefficiëntie

3. Totale rijtijd

De informatie na één contactcyclus.

Het scherm “Drive Info” (ritinformatie) wordt gereset als het bestuurdersportier geopend wordt na het uitschakelen van het voertuig of het voertuig na 3 minuten uitgeschakeld wordt.

Om de informatie handmatig te resetten, houd u de OK-toets op het stuurwiel ingedrukt tijdens het weergeven van de ritinfo.

A: Sinds tanken

1. Totale rijafstand van de trip

2. Gemiddelde brandstofefficiëntie

3. Totale rijtijd

Informatie na tanken.

Om de informatie handmatig te resetten, houd u de OK-toets op het stuurwiel ingedrukt tijdens het weergeven van de informatie Sinds de tankbeurt.

A: Geaccumuleerde informatie

1. Totale rijafstand van de trip

2. Gemiddelde brandstofefficiëntie

3. Totale rijtijd

De informatie is cumulatief vanaf de laatste reset.

Om de informatie handmatig te resetten, houd u de OK-toets op het stuurwiel ingedrukt tijdens het weergeven van de Totale informatie.

OPMERKING

• Het gemiddelde brandstofverbruik kan niet nauwkeurig worden berekend - en wordt daarom niet weergegeven - als de auto korter dan 10 seconden of ongeveer 50 meter (0,03 mijl) rijdt nadat het voertuig in de stand ON is gezet.

• De brandstofefficiëntie wordt berekend zodra de auto meer dan 300 meter gereden heeft.

• De gegevens worden opgeteld als de motor draait, ook als de auto stilstaat.

A: Timer

Het AUTO STOP scherm toont de verstreken tijd van de stilgelegde motor door het Idle Stop and Go system (stationair draaien en vertrekkensysteem).

Als de ISG niet werkt, wordt de reden hiervoor weergegeven. (indien van toepassing)

Voor meer informatie, zie Meer details.

Geeft de rijsnelheid van het voertuig aan.

De distributiestatus van de aandrijfkracht van de voor- en achterwielen wordt weergegeven.

Voor meer informatie, zie Meer details.

A: Ureumniveau

In deze modus wordt de hoeveelheid resterende ureumoplossing in de tank met ureumoplossing weergegeven.

Het milde-hybridesysteem informeert de bestuurder over de energiestroom in verschillende gebruiksmodi.

Voertuig gestopt

A: Energiestroom

Extra vermogen

A: Energiestroom

Opladen door verbrandingsmotor/Regeneratief remmen

A: Energiestroom

In deze modus ziet u de status van de navigatie.

Deze modus informeert u over volgende situaties:

• Storing of beperking van het systeem van bestuurdershulp, beperking of blokkering van radar/camera

• Storing in LED-koplamp

• Storing in verlichting

• Storing in het TPMS, lage bandenspanning enz.

Op dat moment gaat het hoofdwaarschuwingslampje () aan. Als er geen waarschuwing meer nodig is, wordt het hoofdwaarschuwingslampje uitgeschakeld en verdwijnt het pictogram Hoofdwaarschuwing.

A: Onderhoudsinterval

1. Onderhoudsintervalschema

In deze modus wordt berekend en aangegeven wanneer uw auto weer aan periodiek onderhoud toe is (in kilometers of in dagen).

Om het onderhoudsinterval opnieuw in te stellen, kies u Cluster (Instrumentenpaneel) → Service Interval (onderhoudsinterval) → Reset (resetten) in het instellingenmenu.

OPMERKING

• Als het resterend aantal kilometers of dagen 1.500 km (900 mijl) of 30 dagen bereikt, verschijnt de mededeling Service in (Onderhoud over) gedurende enkele seconden telkens u de auto in de AAN-stand zet.

• Als u geen onderhoud aan uw voertuig laat uitvoeren volgens het ingevoerde onderhoudsinterval, zal het bericht ‘Onderhoud vereist’ gedurende enkele seconden worden weergegeven telkens als u het voertuig in de stand ON zet.

• Als een van onderstaande gebeurtenissen zich voordoet, kunnen afstand en dagen incorrect worden weergegeven.

  • De accukabel is losgekoppeld.

  • De accu is leeg.

In deze modus kunt u de instellingen van het instrumentenpaneel, de portieren, verlichting enz. wijzigen.

* De gegeven informatie kan verschillen, afhankelijk van welke functies van toepassing zijn op uw auto.

4. Portier (indien van toepassing)

Onderwerpen	Toelichting
Automatisch vergrendelen	Actief bij schakelen/Inschakel. op snelh./Uit
Automatisch ontgrendelen	Aan bij selectie P/Voertuig Uit/Aan bij afzetten contact (indien van toepassing)/Uit
Elektrisch bedienbare achterklep	Inschakelen
Snelheid van het openen van de elektrisch bedienbare achterklep	Snel/Normaal
Openingshoogte van de elektrische achterklepopening	Volledig open/Niveau 3/Niveau 2/Niveau 1/Hoogte door de gebruiker ingesteld
Intelligente achterklep	Inschakelen
Elektrische bediende ruiten (indien van toepassing)	Inschakelen

OPMERKING

• Automatisch vergrendelen

  • Inschakelen bij schakelen: Alle portieren worden automatisch ontgrendeld wanneer de selectiehendel van de automatische transmissie naar P (Parkeren), R (Achteruit), N (Neutraal) of D (Rijden) wordt gezet. (Geactiveerd met het voertuig in de stand ON)

  • Inschakelen bij snelheid: Alle portieren worden automatisch vergrendeld als de rijsnelheid hoger is dan 15 km/h (9 mph).

• Automatisch ontgrendelen

  • Bij inschakelen van P: Alle portieren worden automatisch ontgrendeld wanneer er naar stand P (Parkeren) wordt geschakeld. (Als de motor AAN staat, is deze functie ingeschakeld.)

  • Auto uit/sleutel verwijderd (indien van toepassing): Alle portieren worden automatisch ontgrendeld als de contactsleutel uit het contactslot wordt verwijderd of als de toets ENGINE START/STOP op OFF wordt gezet.

Selecteer Instellingen → Voertuig → Bestuurdershulp op het scherm van het infotainmentsysteem om de functie Bestuurdershulp in te stellen.

• Bestuurdershulp

  • Snelheidslimiet

  • Waarschuwingsmoment

  • Waarschuwingsvolume

  • Voelbare waarschuwing

  • DAW (Waarschuwing oplettendheid bestuurder)

  • Veiligheid vooruit

  • Rijstrookveiligheid

  • Veiligheid blinde hoek

  • Parkeerveiligheid