Voorzorgsmaatregelen
-
Zorg dat de hoofdsteun wordt vergrendeld nadat deze is versteld, zodat de inzittenden optimaal beschermd zijn.
-
Laat iemand tijdens het rijden nooit in een stoel zitten waarvan de hoofdsteun verwijderd werd.
-
Wanneer er geen inzittenden aanwezig zijn op de achterstoelen, zet dan de hoofdsteunen in de laagste stand. De hoofdsteunen van de achterstoelen kunnen het zicht naar achteren belemmeren.
-
Wanneer u de rugleuning naar voren klapt terwijl de hoofdsteun en zitting niet zijn ingeklapt, kan de hoofdsteun mogelijk de zonneklep of andere onderdelen van de auto raken.
-
Oefen niet te veel kracht uit bij het verstellen van de hoofdsteun. Er is een risico op breuk.
-
Bij het verstellen van de positie van de hoofdsteun kunt u met uw vingers tussen de stanggeleiders komen en u bezeren. Wees voorzichtig bij het afstellen.
-
Hang of bevestig geen andere voorwerpen, zoals accessoires, aan de hoofdsteun. U kunt gewond raken bij een ongeluk.
-
Laat de hoofdsteunen van de achterbank zo ver mogelijk zakken als de achterbank niet wordt gebruikt, omdat ze het zicht naar achteren kunnen belemmeren.
-
Accessoires die op het hoofd worden gedragen, kunnen verstrikt raken in de stof van de hoofdsteun. Wees voorzichtig bij het gebruik om veiligheidsongelukken en schade aan de stoel te voorkomen.