Vergrendelen/ontgrendelen met de centrale vergrendelingsschakelaar
Procedure
-
Druk op de betreffende toets hieronder.
-
Toets (1): Vergrendelen
-
Toets (2): Ontgrendelen
-
-
Wanneer een portier wordt ontgrendeld, gaan de controlelampjes (3) op het bestuurdersportier en het passagiersportier branden. Als alle portieren van het voertuig op slot zijn, gaat deze uit.
-
Als de smart key zich in de auto bevindt en een portier geopend wordt, kunnen de portieren niet worden vergrendeld, ook al wordt de centrale schakelaar portiervergrendeling ingedrukt.
-
Als een elektrische portiervergrendeling niet werkt terwijl u in de auto zit, probeer dan een van onderstaande mogelijkheden om uit de auto te geraken:
-
Ontgrendel de portieren herhaaldelijk (zowel elektronisch als handmatig) en trek tegelijkertijd aan de portiergreep.
-
Ontgrendel de overige portieren en trek aan de grepen, voor en achter.
-
Open een voorportierruit en gebruik de mechanische sleutel om het portier vanaf de buitenzijde te ontgrendelen.
-
Ga naar de bagageruimte en open de achterklep.
-
-
Trek niet aan de binnenportiergreep van het bestuurdersportier (of dat van de voorpassagier) wanneer de auto in beweging is.
-
De portieren moeten tijdens het rijden altijd volledig gesloten en vergrendeld blijven om het onverwachts openen van de portieren te voorkomen. Vergrendelde portieren schrikken ook mogelijke indringers af wanneer de auto stopt of vaart mindert.
-
Let bij het openen van portieren goed op of er geen ander verkeer aankomt. Het openen van een portier wanneer er iets nadert, kan leiden tot een ongeval met schade aan het voertuig of ernstig letsel tot gevolg.
-
Als u de auto niet vergrendeld achterlaat, kan de auto gestolen worden of kan iemand zich in uw auto verstoppen terwijl u weg bent. Verwijder altijd de smart key, activeer de handrem, sluit alle ruiten en vergrendel alle portieren als u uw auto onbeheerd achterlaat.
Als u uw auto verlaat met de smart key, vergeet dan niet op de toets op de voorportiergreep te drukken of de aanraaksensor op de voorportiergreep aan te raken om te portieren te vergrendelen nadat u alle portieren, de motorkap en de bagageruimte gesloten heeft. Als u niet op de toets drukt of de aanraaksensor niet stevig aanraakt, worden de portieren misschien niet vergrendeld, wees dus voorzichtig.
-
De buitenspiegel klapt in of uit als Bij ontgrendelen portier geselecteerd is geselecteerd in het menu Instellingen op het scherm van het infotainmentsysteem. Kies:
-
-
De portieren kunnen worden vergrendeld of ontgrendeld als de aanraaksensor op de buitenportiergreep reageert bij het wassen van de auto of hevige regen.
-
Mogelijk worden de portieren in de volgende situaties niet vergrendeld of ontgrendeld:
-
Als de aanraaksensor wordt aangeraakt met handschoenen aan
-
Als het portier plotseling wordt benaderd
-