Beperkingen van het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan

Mogelijk werkt het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan niet normaal of werkt de functie op een onverwachte manier onder volgende omstandigheden:

U vertrekt op een plek met bomen langs de rand van de weg, of met gras dat overgroeid is
U vertrekt op een plek waar het wegdek nat is
De aankomende auto rijdt met een lage of hoge snelheid

Mogelijk werkt het aansturen van de remmen niet en is de aandacht van de bestuurder vereist in de volgende gevallen:

De auto trilt ernstig wanneer hij op een wegdek rijdt dat hobbelig, ongelijkmatig of met beton hersteld is
U rijdt op een ondergrond die glad is door sneeuw, waterplassen, ijs enz.
De bandenspanning is laag of er is een band beschadigd
De remmen zijn herzien
Slimme parkeerhulp op afstand is in werking (indien aanwezig)

OPMERKING

Zie voor meer informatie over de beperkingen van de hoekradars achteraan Waarschuwingssysteem aanrijdingen dode hoek (BCA).

WAARSCHUWING


Beperkingen	Meer informatie
Figuur 1. Nabij een voertuig of constructie rijden OSV054170	Constructie De werking van het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan wordt mogelijk beperkt wanneer u in de buurt van een voertuig of constructie rijdt en het systeem detecteert mogelijk niet dat er een voertuig nadert van links of rechts. Als dit gebeurt, kan het zijn dat het systeem de bestuurder niet waarschuwt of de remmen niet aanstuurt terwijl dat wel nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.
Figuur 2. Wanneer het voertuig zich in een complexe parkeeromgeving bevindt OSV054305	Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan detecteert mogelijk voertuigen die een parkeerplaats nabij uw auto in- of uitrijden (bv. een voertuig naast uw auto dat vertrekt, een voertuig achter u dat een parkeerplaats oprijdt of deze verlaat, een voertuig dat uw auto nadert terwijl het een bocht maakt enz.). In een dergelijke situatie kan het zijn dat de functie de bestuurder waarschuwt of het voertuig afremt terwijl dat niet nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.
Figuur 3. Wanneer het voertuig schuin is geparkeerd OSV054172	Constructie Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achter kan beperkt zijn bij het diagonaal achteruitrijden en detecteert mogelijk niet dat het voertuig nadert van de linker- of rechterkant. Als dit gebeurt, kan het zijn dat het systeem de bestuurder niet waarschuwt of de remmen niet aanstuurt terwijl dat wel nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.
Figuur 4. Wanneer uw auto op of nabij een helling staat OSV054021	Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achter kan beperkt zijn wanneer het voertuig zich op een opwaartse of neerwaartse helling, of in de buurt daarvan, bevindt en kan het voertuig mogelijk niet detecteren dat nadert van de linker- of rechterkant. Als dit gebeurt, kan het zijn dat het systeem de bestuurder niet waarschuwt of de remmen niet aanstuurt terwijl dat wel nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.
Figuur 5. Een parkeerplek oprijden waar er zich een constructie bevindt OSV054173	Constructie Muur Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan detecteert mogelijk voertuigen die voor u voorbijrijden wanneer u achteruit parkeert op een parkeerplaats met een muur of constructie aan de achterkant of zijkant. In een dergelijke situatie kan het zijn dat de functie de bestuurder waarschuwt of het voertuig afremt terwijl dat niet nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.
Figuur 6. Wanneer het voertuig achteruit wordt geparkeerd OSV054174	Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan detecteert mogelijk voertuigen die achter u voorbijrijden terwijl u achteruit een parkeerplaats oprijdt. In een dergelijke situatie kan het zijn dat de functie de bestuurder waarschuwt of het voertuig afremt terwijl dat niet nodig is. Controleer altijd goed uw omgeving wanneer u achteruit rijdt.

WAARSCHUWING

Zorg voor de veiligheid dat u het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan uitschakelt wanneer u een aanhangwagen of een ander voertuig trekt of sleept.
Het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan kan plots ophouden te werken vanwege interferentie met sterke elektromagnetische golven.
Het kan zijn dat het Aanrijdingspreventiesysteem kruisend verkeer achteraan niet werkt gedurende 3 seconden na het starten van de auto of na het initialiseren van de hoekradars achteraan.
Het is mogelijk dat de Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist niet goed werkt, zelfs als het voertuig opnieuw wordt gestart terwijl de sensoren geblokkeerd zijn of niet goed werken, omdat de functie de laatste instelling behoudt.