Weergave en bediening

U ziet de werkingsstatus van de functie Rijhulp op de snelweg in de Driving Assistmodus (rijhulpprogramma) op het instrumentenpaneel. Zie LCD-display.

OSV054235L_2

De functie Rijhulp voor wisselen van rijstrook op de snelweg wordt weergegeven zoals hieronder, afhankelijk van de status van de functie.

  1. Controlelampje rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg

    • Groen ( ) knipperen: Werkingsstatus

    • Grijs ( ) aan: Standby-status

    • Wit ( ) knipperen: geannuleerd (alleen weergegeven op een bepaald moment)

  2. Rijstrookmarkering

    De rijstrookmarkering wordt identiek aan de Indicatie veranderen van rijstrook op de snelweg (1) weergegeven. De beschikbaarheid van de rijstrookdetectie zal echter worden weergegeven in de stand-bystatus.

  3. Groene pijl en schaduw

    De groene pijl wordt getoond wanneer er een bepaalde periode verstreken is nadat de functie actief is geworden en voordat de rijstrookwissel afgerond is.

  4. Bericht

    • De melding wordt getoond wanneer de functie niet werkt, zelfs als de richtingaanwijzer wordt ingeschakeld.

    • De melding wordt getoond wanneer de functie werd geannuleerd terwijl deze actief was.

De functie rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg wordt ingeschakeld wanneer aan volgende omstandigheden wordt voldaan.

  • De toets rijhulp of de toets rijstrookassistentie dient voor het inschakelen van de rijhulp op de snelweg.

  • U drukt op de OK-toets op het stuurwiel terwijl er een melding op het instrumentenpaneel staat met de vraag of u de rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg wil gebruiken.