Zoek enkel op titel
Home > Kenmerken van uw auto > Lcd-display > LCD-displaymodi

LCD-displaymodi

Modus

Tripcomputer

Stapsgewijze navigatie (turn by turn)

Bestuurdershulp

Gebruikersinstellingen

Hoofdwaarschuwing

Omhoog/Omlaag

Verbruiksinformatie

Routebegeleiding

Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) / Smart Cruise Control / Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen)

Head-up display

De Hoofdwaarschuwingsmodus geeft waarschuwingsmeldingen weer met betrekking tot de auto wanneer een of meerdere systemen niet normaal functioneren.

Totale informatie

Bestemmingsinfo

Driver AttentionWarning (waarschuwingssysteem voor de aandacht van de bestuurder)

Bestuurdershulp

Ritinfo

Portier

Rijstijl

TPMS

Lichten

Energiestroom

Geluid

Gebruiksgemak

Onderhoudsinterval

Andere voorzieningen

Reset

De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

Modus van de boordcomputer

De modus van de boordcomputer geeft informatie weer met betrekking tot de rijparameters van de auto, het gemiddelde energieverbruik, informatie van de dagteller en de rijsnelheid.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Rijadvies (TBT, Turn by Turn)

In deze modus wordt de status van de navigatie weergegeven.

Rijassistentie

Deze modus geeft de toestand weer van:

  • Lane Keeping Assist (rijvakassistentie)

  • Smart Cruise Control

  • Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen)

  • Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder)

  • Bandenspanning

* Raadpleeg voor meer details informatie over elk systeem in hoofdstuk 6.

Status van de bandenspanning

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Hoofdwaarschuwingsmodus

Dit waarschuwingslampje attendeert de bestuurder op de volgende situaties.

  • Storing in Forward Collision-Avoidance Assist (FCA, ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) (indien van toepassing)

  • Radar van Forward Collision-Avoidance Assist (FCA, ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) is geblokkeerd (indien van toepassing)

  • Storing Blind-Spot Collision Warning (indien van toepassing)

  • Radar van Blind-Spot Collision Warning (BCW; botsingswaarschuwing dode hoek) is geblokkeerd (indien van toepassing)

  • Storing in LED-koplamp (indien van toepassing)

  • Storing in verlichting

  • Storing in High Beam Assist (indien van toepassing)

  • Storing Smart Cruise Control (indien van toepassing)

  • Radar Smart Cruise Control geblokkeerd (indien van toepassing)

Op dit moment verschijnt er een pictogram Hoofdwaarschuwing () naast het pictogram Gebruikersinstellingen () op het lcd-display.

Als er geen waarschuwing meer nodig is, wordt het hoofdwaarschuwingslampje uitgeschakeld en verdwijnt het pictogram Hoofdwaarschuwing.

Gebruikersinstellingen

In deze modus kunt u de instellingen van het instrumentenpaneel, de portieren, verlichting enz. wijzigen.

  1. Head-up display

  2. Bestuurdershulp

  3. Portier

  4. Lichten

  5. Geluid

  6. Gebruiksgemak

  7. Onderhoudsinterval

  8. Andere voorzieningen

  9. Reset

De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

Schakel naar P om de instellingen te wijzingen

Deze waarschuwing verschijnt als u de Gebruikersinstellingen probeert te wijzigen terwijl u rijdt.

Parkeer voor uw veiligheid de auto, trek de parkeerrem aan en schakel naar stand P (parkeren) voordat u de Gebruikersinstellingen wijzigt.

1. Head-up display (indien van toepassing)

Onderwerpen

Toelichting

Hoogte display

Stel de hoogte (1~20) in van het HUD-beeld op het HUD-scherm.

Rotatie

Stel het kantelhoek in graden (-5~+5) van de HUD in.

Helderheid

Stel de intensiteit (1~20) van de helderheid van de HUD in.

Selectie inhoud

Als onderstaande items worden aangevinkt, worden die geactiveerd.

  • Audio/video-info

  • Rijhulp informatie

  • Bewakingsinformatie voor dode hoek

2. Driver Assistance (rijondersteuning; indien van toepassing)

Onderwerpen

Toelichting

SCC- reactie

  • Snel/Normaal/Traag

Aanpassen van de gevoeligheid van het Smart cruisecontrol-systeem.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Rijassistentie

De bestuurder kan onderstaande functies zelf in- of uitschakelen.

  • Leading Vehicle Departure alert (Waarschuwing vertrek voorliggend voertuig)

  • LFA (Lane Following Assist)

Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder)

  • Hoge gevoeligheid/Normale gevoeligheid/Uit

Instellen van de gevoeligheid van het waarschuwingssysteem voor de aandacht van de bestuurder.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Waarschuwingsmoment

  • Normaal/Laat

Kies het waarschuwingsmoment

Waarschuwingsvolume

  • High/Medium/Low (hoog/gemiddeld/laag)

Kies het waarschuwingsvolume.

Lane Safety (rijstrookveiligheid)

  • Lane Keeping Assist (rijstrookassistentie)/Lane Departure Warning (waarschuwing bij rijstrookwissel)/Off (uit)

Om de functies te selecteren.

Veiligheid vooruit

  • Active Assist, Alleen waarschuwing, Uit

Om de functies te selecteren.

Blind-spot safety (Veiligheid blinde hoek)

  • Veiligheid achteropkomend verkeer/Actieve ondersteuning/Alleen waarschuwing/Uit

Om de functies te selecteren.

* De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

3. Portier

Onderwerpen

Toelichting

Centrale vergrendeling

  • Uitschakelen: de centrale ontgrendeling wordt uitgeschakeld.

  • Inschakel. op snelh.: alle portieren worden automatisch vergrendeld als het voertuig sneller dan 15 km/h (9.3 mph) rijdt.

  • Inschakelen bij schakelen: alle portieren worden automatisch vergrendeld wanneer de auto vanuit stand P (parkeren) in stand R (achteruit), N (neutraal) of D (rijden) wordt gezet. (Wanneer de motor draait, is de functie ingeschakeld.)

Auto Unlock (centrale ontgrendeling)

  • Uitschakelen: de centrale ontgrendeling wordt uitgeschakeld.

  • Voertuig Uit: alle portieren worden automatisch ontgrendeld als de Start/Stop-toets in de stand OFF wordt gezet.

  • Bij schakelen naar P: alle portieren worden automatisch ontgrendeld wanneer de selectiehendel in stand P (parkeren) wordt gezet. (Wanneer de motor draait, is de functie ingeschakeld.)

* De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

4. Lichten

Onderwerpen

Toelichting

Opties autom. Knipperen

  • Uit: De functie one-touch passeerknipperlicht wordt uitgeschakeld.

  • 3, 5, 7 flitsen: De richtingaanwijzer knippert 3, 5 of 7 keer wanneer de richtingaanwijzerhendel iets wordt bewogen.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Helderheid schakelverlichting (indien van toepassing)

De helderheid van de schakelverlichting kiezen. (Niveau 1 ~ 4)

Kleur schakelverlichting (indien van toepassing)

De kleur van de schakelverlichting kiezen. (Wit/grijs/blauw/groen/brons/rood)

Follow me home-verlichting

Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de Follow me home-verlichtingsfunctie ingeschakeld.

* De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

5. Gebruiksgemak (indien van toepassing)

Onderwerpen

Toelichting

Gebruiksmodus

  • Voor het activeren van de gebruiksmodus.

Wanneer deze is geactiveerd, werken de elektrische apparaten in de auto op de hoogspanningsbatterij

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Laadkabel vergrendelen

  • Deze functie kan worden gekozen in één van de twee volgende standen.

    • Constante modus

    • Laadmodus

Welkomstspiegel/-licht

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de welkomstspiegel/-lichtfunctie ingeschakeld.

Draadloos oplaadsysteem

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de functie van het draadloze oplaadsysteem ingeschakeld.

Weergave ruitenwisser/verlichting

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de weergave ruitenwisser/verlichting ingeschakeld.

Auto rear wiper (reverse) (automatische achterruitenwisser)

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de automatische achterruitenwisser ingeschakeld.

Smart recuperation (Slimme terugwinning)

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de functie Smart recuperation (Slimme terugwinning) ingeschakeld. Wanneer deze is ingeschakeld, wordt de mate van regeneratief remmen automatisch aangepast op basis van de actuele rijsituatie.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Waarschuwing voor gladheid

  • Als deze optie wordt aangevinkt, wordt de functie voor ijs op de weg geactiveerd.

* De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

6. Onderhoudsinterval

Onderwerpen

Toelichting

Enable Service Interval (onderhoudsinterval inschakelen)

Als deze optie aangevinkt is, wordt de functie Service interval (onderhoudsinterval) ingeschakeld.

Adjust Interval (interval aanpassen)

Als het onderhoudsintervalmenu ingeschakeld is, moet u de tijd en afstand instellen.

Reset

Voor het resetten van de functie Volgend onderh.

Als de functie Volgend onderh. ingeschakeld is en u de tijd en afstand hebt ingesteld, verschijnen er in de volgende situaties meldingen bij het starten van het voertuig.

  • Onderhoud over: verschijnt om de bestuurder te informeren over het resterende aantal km en dagen tot onderhoud.

  • Onderhoud is vereist: geeft aan dat het aantal kilometers en dagen voor onderhoud bereikt of overschreden is.

Als een van onderstaande gebeurtenissen zich voordoet, kunnen de afstand en het aantal dagen incorrect worden weergegeven.

  • De accukabel is losgekoppeld.

  • De accu is leeg.

7. Andere voorzieningen (indien van toepassing)

Onderwerpen

Toelichting

Automatisch resetten energieverbruik

  • Off (uit): Het gemiddelde energieverbruik wordt niet automatisch gereset bij het laden.

  • After ignition (na starten): Het gemiddelde energieverbruik wordt automatisch gereset 4 uur nadat de auto is uitgeschakeld.

  • After recharging (na laden): Het gemiddelde brandstofverbruik wordt niet automatisch gereset bij het laden.

* Voor meer informatie, zie Meer details.

Snelheidsmeterunit

  • km/h of MPH

Voor het selecteren van de eenheid van de snelheidsmeter.

Eenheid verbruik

  • km/kWh of kWh/100 km

Voor het selecteren van de eenheid van het energieverbruik.

Temperatuureenheid

  • °C / °F

Voor het selecteren van de temperatuureenheid.

Tire Pressure Unit (bandenspanningseenheid)

  • psi / kPa / bar

Voor het selecteren van de bandenspanningseenheid.

* De verstrekte informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn voor uw auto.

8. Reset

Onderwerpen

Toelichting

Reset

U kunt de menu's resetten in de modus Gebruikersinstellingen. Alle menu's in de modus Gebruikersinstellingen worden teruggezet op de fabrieksinstellingen, behalve taal en onderhoudsinterval.