Zoek enkel op titel
Home > Met uw auto rijden > Smart Cruise Control (SCC)

Smart Cruise Control (SCC) (indien van toepassing)

  1. Controlelampje cruise

  2. Ingestelde snelheid

  3. Afstand tot voorligger

Ga naar de modus Rijassistentie om het SCC-scherm weer te geven op het lcd-display ().

Voor meer informatie, zie Meer details.

Met Smart Cruise Control kunt u een constante snelheid en afstand tot uw voorligger programmeren, zonder dat u het gaspedaal of het rempedaal hoeft in te trappen.

Waarschuwing

Lees voor uw eigen veiligheid het instructieboekje voordat u Smart Cruise Control gebruikt.

Waarschuwing
  • Als Smart Cruise Control ingeschakeld blijft (controlelampje cruise op het instrumentenpaneel blijft branden), kan de Smart Cruise Control mogelijk onbedoeld worden geactiveerd. Laat Smart Cruise Control uit (waarschuwingslampje CRUISE uit) wanneer Smart Cruise Control niet wordt gebruikt.

  • Gebruik Smart Cruise Control alleen wanneer de verkeersdrukte en de weersomstandigheden dat toelaten.

  • Gebruik Smart Cruise Control niet als het niet veilig is om de auto met een constante snelheid te laten rijden. Bijvoorbeeld.

    • Verkeersknooppunt of tolpoort.

    • Weg omgeven door abnormaal veel staalconstructies (metroconstructie, stalen tunnel enz.)

    • Parkeerterrein.

    • Rijstroken naast vangrails.

    • Glad wegdek door regen, ijs of sneeuw.

    • Weg met scherpe bochten.

    • Steile hellingen.

    • Winderige wegen.

    • Onverharde wegen.

    • Wegen in aanbouw.

    • Ribbelstrook.

    • De detectiegevoeligheid neemt af als de rijhoogte vooraan of achteraan wordt gewijzigd.

    • In druk verkeer of als de verkeersomstandigheden het moeilijk maken om een constante snelheid aan te houden.

    • Wanneer u rijdt over wegen die glad zijn door regen, ijs of sneeuw.

    • Wanneer u beperkt zicht hebt (mogelijk vanwege slecht weer, zoals mist, regen of een zandstorm).

  • Let bij het gebruik van Smart Cruise Control extra goed op de rijomstandigheden.

  • Smart Cruise Control is geen vervanging voor veilig rijgedrag. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om altijd de rijsnelheid en de afstand tot de voorligger in de gaten te houden.

  • Wees bij het heuvelaf rijden voorzichtig met het gebruik van de SCC.

  • Beperkt zicht (regen, sneeuw, smog, enz.)

  • De cruise control mag niet worden gebruikt wanneer de auto wordt gesleept om eventuele schade te voorkomen.

  • Stel de rijsnelheid altijd lager in dan de snelheidslimiet in uw land.

  • Onverwachte situaties kunnen tot ongevallen leiden. Let tijdens het rijden voortdurend op de wegomstandigheden, ook wanneer u Smart Cruise Control gebruikt.

Opmerking

Trap om de slimme cruise control te activeren het rempedaal ten minste één keer in nadat u de toets START/STOP in stand ON hebt gezet of de auto hebt gestart. Dit is om te controleren of de rempedaalschakelaar, die van belang is bij het uitschakelen van de Smart Cruise Control, normaal werkt.