Zoek enkel op titel
Home > Handleiding elektrische auto > Rijden met de elektrische auto > Actieradius

Actieradius

De actieradius wordt verschillend weergegeven afhankelijk van de geselecteerde rijmodus in het systeem van de In rijmodus geïntegreerde regeling.

Voor meer informatie, zie Meer details.

  • Wanneer u de verwarming gebruikt bij koud weer of wanneer u met hoge snelheid rijdt, wordt veel meer elektriciteit uit de hoogspanningsbatterij verbruikt. Hierdoor kan de actieradius aanzienlijk kleiner worden.

  • Nadat er ‘0 km’ wordt weergegeven, laad het voertuig onmiddellijk op. Er kan nog 3~8 km (2~5 miles) met de auto gereden worden (afhankelijk van rijsnelheid, verwarming/airconditioning, weer, rijstijl en andere factoren). Rijd met uw voertuig tegen ongeveer 50 km/u (30 mph) naar het dichtstbijzijnde laadstation.

  • De actieradius die wordt weergegeven op het instrumentenpaneel nadat het laden is voltooid, kan aanzienlijk variëren, afhankelijk van vorige rijpatronen.

    Als vorige rijpatronen ook bestonden uit rijden met hoge snelheid, waardoor meer elektriciteit uit de hoogspanningsbatterij werd gebruikt dan normaal, wordt de geschatte actieradius beperkt. Wanneer weinig elektriciteit uit de hoogspanningsbatterij wordt gebruikt in de ECO-modus, neemt de geschatte actieradius toe.

  • De actieradius is afhankelijk van vele factoren, zoals het laadniveau van de hoogspanningsbatterij, het weer, de temperatuur, de duurzaamheid van de batterij, geografische kenmerken en rijstijl. Als de buitentemperatuur daalt, zoals in de winter, kan de actieradius afnemen als gevolg van een verminderde prestatie van de batterij.

  • Afhankelijk van het aantal jaren dat de auto is gebruikt, kan de kwaliteit van de hoogspanningsbatterij achteruitgaan. Hierdoor kan de actieradius kleiner worden.

Tips voor het vergroten van de actieradius

  • Als u veelvuldig gebruik maakt van de airconditioning/verwarming, wordt er veel elektriciteit onttrokken aan de hoogspanningsbatterij. Hierdoor kan de actieradius kleiner worden. Daarom wordt aangeraden de temperatuur in het interieur in de AUTO-modus in te stellen op 22 °C (72 °F). Uit verschillende tests is gebleken dat deze instelling resulteert in optimaal energieverbruik bij een aangename temperatuur. Schakel de verwarming en airconditioning uit als u ze niet nodig hebt. Het is echter niet aangeraden om ze voortdurend in en uit te schakelen.

  • Wanneer de verwarming of airconditioning is ingeschakeld, is het energieverbruik lager als de stand recirculatie wordt gekozen in plaats van de stand buitenlucht. De stand buitenlucht vraagt veel energie, omdat buitenlucht moet worden opgewarmd of afgekoeld.

  • Wanneer u de verwarming of airconditioning gebruikt, gebruik dan de functie DRIVER ONLY of geplande airconditioning/verwarming.

  • Rijd zoveel mogelijk met een constante snelheid, dat bespaart energie.

  • Trap het gaspedaal geleidelijk in en laat het geleidelijk opkomen bij het versnellen en vertragen.

  • Houd altijd de voorgeschreven bandenspanning aan.

  • Gebruik tijdens het rijden geen onnodige elektrische systemen.

  • Vervoer geen overbodige spullen in de auto.

  • Monteer geen onderdelen die de luchtweerstand vergroten.