Instellingen Afstandswaarschuwing vooruit/achteruit parkeren
Waarschuwingsmethoden


A: Driver assistance (bestuurdersassistentie)
-
Waarschuwingsmethoden
-
Waarschuwingsvolume
Met het voertuig ingeschakeld, selecteer Instellingen → Bestuurdershulp → Waarschuwingsvolume op instrumentenpaneel of Instellingen → Voertuig → Bestuurdershulp → Waarschuwingsmethodes op het infotainmentsysteem om het waarschuwingsvolume te wijzigen.
-
Waarschuwingsvolume: U kunt het waarschuwingsvolume aanpassen van niveau 1 naar 3.

-
Zorg ervoor dat de door u ingestelde waarschuwingsmethoden van toepassing kunnen zijn op de waarschuwingsmethoden van andere systemen met bestuurdersassistentie.
-
Ook wanneer de auto opnieuw wordt gestart, blijft de laatste instelling voor waarschuwingsmethoden behouden.
-
Het instellingenmenu is mogelijk niet beschikbaar voor uw voertuig, afhankelijk van de kenmerken en specificaties van het voertuig.
Parkeerafstandswaarschuwing automatisch aan
U kunt instellen dat bij lage snelheden de Afstandswaarschuwing vooruit/achteruit parkeren ON gezet wordt. Om de functie Afstandswaarschuwing vooruit/achteruit parkeren automatisch aan te gebruiken, selecteert u Instellingen → Bestuurdershulp → Parkeerveiligheid → Afstandswaarschuwing vooruit/achteruit parkeren automatisch aan op het instrumentenpaneel of Instellingen → Voertuig → Bestuurdershulp → Parkeerveiligheid → Auto PDW (afstandswaarschuwing parkeren) op het infotainmentsysteem.

Wanneer Auto PDW (afstandswaarschuwing parkeren) geselecteerd is, blijft het controlelampje in de (
)-parkeerveiligheidstoets aan.