Zoek enkel op titel
Home > Met uw auto rijden > Lane following assist (LFA - houdt het voertuig in het midden van de rijstrook) > Instellingen Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen)

Instellingen Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen)

Functies instellen

Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen) in-/uitschakelen

Terwijl de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) op ON staat, drukt u op de toets Lane Driving Assist op het stuurwiel om het Lane Following Assist-systeem in te schakelen. Het witte of groene controlelampje () gaat branden op het instrumentenpaneel.

Druk opnieuw op de toets om de functie uit te schakelen.

Waarschuwingsvolume

Selecteer, terwijl de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) in de stand ON staat, 'Bestuurdershulp → Waarschuwingsvolume’ in ‘Gebruikersinstellingen (LCD-scherm) of Instellingen → Voertuig (Infotainmentsysteemscherm)' om het waarschuwingsvolume voor de eerste waarschuwing te wijzigen in ‘Hoog’, ‘Gemiddeld’ of ‘Laag’. Als u het waarschuwingsvolume wijzigt, kan ook het waarschuwingsvolume van andere functies voor Bestuurdershulp wijzigen.

OPMERKING

Als uw voertuig is uitgerust met een aanvullend infotainmentsysteem, scan dan de QR-code in de afzonderlijk geleverde beknopte handleiding van het infotainmentsysteem van de auto.