Zoek enkel op titel
Home > Kenmerken van uw auto > Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem > Automatische verwarming en airconditioning

Automatische verwarming en airconditioning

  1. Druk op toets AUTO. De te gebruiken uitstroomopeningen, de aanjagersnelheid, de luchtinlaat en de airconditioning worden automatisch geregeld op basis van de gekozen temperatuur.

  2. Stel de temperatuurregelknop in op de gewenste temperatuur.

OPMERKING
  • Om de automatische werking uit te schakelen drukt u op een van onderstaande toetsen of schakelaars:

    • Knop modusselectie

    • Knop airconditioning

    • Toets voorruitontwaseming (Druk nogmaals op de toets om de voorruitontwasemingsfunctie uit te schakelen. De aanduiding AUTO gaat opnieuw branden op het informatiescherm.)

    • Luchttoevoertoets

    • Aanjagerknop

    De geselecteerde functie wordt handmatig bediend terwijl de andere functies automatisch werken.

  • Voor uw gemak en om de effectiviteit van het verwarmings- en ventilatiesysteem te verbeteren, kunt u de toets AUTO gebruiken en de temperatuur instellen op 23 °C (73 °F).

OPMERKING

Bedek de sensor op het dashboard nooit, zodat een optimale werking van het verwarmings- en airconditioningssysteem gegarandeerd blijft.