Zoek enkel op titel
Home > Met uw auto rijden > Starten van de auto > Toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen)

Toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) (indien van toepassing)

Bediening

  • OFF

    • Druk op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) in P (parkeren) (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of N (neutraal) (Handgeschakelde transmissie) om het voertuig uit te zetten.

  • ACC (accessoires)

    • Druk eenmaal op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) zonder de rem in te trappen (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of de rem en het koppelingspedaal (Handgeschakelde transmissie) om het voertuig uit te zetten.

    • De elektrische accessoires kunnen worden gebruikt.

    • Schakelt na ongeveer 1 uur automatisch uit om te voorkomen dat de batterij leegloopt.

  • ON

    • Druk eenmaal op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) zonder de rem in te trappen (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of de rem en het koppelingspedaal (Handgeschakelde transmissie) om het voertuig uit te zetten.

    • De waarschuwingslichten kunnen worden gecontroleerd.

  • START/RUN (starten/draaien)

    • Druk op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) zonder de rem in te trappen (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of de rem en het koppelingspedaal (Handgeschakelde transmissie/intelligente handgeschakelde transmissie) in P (parkeren) (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of N (neutraal) (Handgeschakelde transmissie).

    • Start de motor in P (parkeren) (Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie) of N (neutraal) (Handgeschakelde transmissie) terwijl voor de veiligheid de parkeerrem is geactiveerd.

WAARSCHUWING
  • Druk nooit op de ENGINE START/STOP-toets terwijl het voertuig in beweging is. Hierdoor kunt u de controle over de auto verliezen en neemt de remkracht af, wat tot een ongeval kan leiden.

  • Controleer altijd of de transmissie in stand P (parkeren) is geschakeld, activeer de parkeerrem volledig en zet de motor uit voordat u de auto verlaat. Als deze voorzorgsmaatregelen niet worden opgevolgd, kan de auto onverwacht en plotseling in beweging komen.

  • Steek tijdens het rijden uw hand nooit door het stuurwiel om de ENGINE START/STOP-toets of andere bedieningsorganen te bedienen. De aanwezigheid van uw hand of arm in dit gebied kan leiden tot verlies van controle over het voertuig, een ongeval en ernstig lichamelijk letsel of de dood.

  • Plaats geen losse voorwerpen rondom de bestuurdersstoel. Deze kunnen tijdens het rijden gaan bewegen en de bestuurder hinderen, wat kan leiden tot een ongeval.

OPMERKING
  • Als u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) lang in stand ACC of ON laat staan, raakt de accu ontladen.

  • Als u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) indrukt zonder het rempedaal in te trappen, zal de motor niet starten en wijzigt de stand van de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) als volgt:

    • OFF → ACC → ON → OFF of ACC

Blokkeersysteem toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) (indien van toepassing)

De toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) kan niet in de OFF-stand gezet worden tenzij het voertuig in P (parkeren) staat.

De motor starten met een Smart Key

Het voertuig probeert de smart key te detecteren wanneer:

  • De portieren worden geopend

  • De toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) word ingedrukt

Wanneer de smart key niet in het voertuig is, verschijnen het controlelampje () en het bericht op het dashboard.

WAARSCHUWING

De motor slaat alleen aan wanneer de smart key zich in de auto bevindt. Laat kinderen of anderen die niet vertrouwd zijn met de auto ENGINE START/STOP-toets of aanverwante onderdelen nooit aanraken. Als er op de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) wordt gedrukt terwijl de smart key zich in de auto bevindt, kan de motor onbedoeld worden ingeschakeld en/of de auto onbedoeld gaan bewegen.

LET OP
  • Probeer de transmissie niet in stand P (Parkeren) te zetten wanneer de motor tijdens het rijden afslaat. Als de verkeersomstandigheden het toelaten kunt u de transmissie in stand N (Neutraal) zetten terwijl de auto nog rijdt en vervolgens de toets ENGINE START/STOP (Motor starten/stoppen) indrukken om te proberen de motor opnieuw te starten.

  • Druk de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) nooit langer dan 10 seconden in, behalve wanneer de remlichtzekering is doorgebrand.

  • Draai de contactsleutel niet in stand START wanneer de motor loopt. Hierdoor kan de startmotor beschadigd raken.

  • U kunt de motor ook starten wanneer de transmissie in stand N (Neutraal) staat, maar start hem voor de veiligheid alleen wanneer de transmissie in stand P (Parkeren) staat.

OPMERKING
  • Als de batterij bijna leeg is of de smart key niet goed werkt, kunt u de motor starten door de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) direct met de smart key in te drukken. Als u ENGINE START/STOP-toets rechtstreeks met de smart key indrukt, moet de smart key de toets in een rechte hoek raken.

  • Wanneer de remlichtzekering is doorgebrand, kunt u de motor niet normaal starten.

    Vervang de zekering door een nieuwe. Als dit niet mogelijk is, kunt u de motor starten door de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) in stand ACC 10 seconden ingedrukt te houden. De motor kan starten zonder dat het rempedaal wordt ingetrapt. Trap voor uw eigen veiligheid echter altijd het rempedaal in voordat u de motor start.