Zoek enkel op titel
Home > Kenmerken van uw auto > Afstandswaarschuwing-achteruit (PDW) > Gevallen waarin de afstandswaarschuwing-achteruit niet werkt

Gevallen waarin de afstandswaarschuwing-achteruit niet werkt

De afstandswaarschuwing-achteruit werkt mogelijk niet goed in de volgende gevallen:

  1. Als er ijs op de sensor zit. (Het systeem werkt weer normaal zodra het ijs gesmolten is.)

  2. Er zit vuil, zoals sneeuw of water, of een andere substantie op de sensor. (De sensor werkt weer normaal zodra deze vrij is gemaakt.)

  3. Bij het rijden op oneffen wegen (onverharde wegen, grind, hobbels) en op hellingen.

  4. Als bepaalde hoogfrequente geluiden, zoals claxons, motorfietsmotoren, luchtremmen van vrachtwagens, enz. binnen het bereik van de sensor aanwezig zijn.

  5. Bij zware regenval of opspattend water.

  6. Bij de aanwezigheid van afstandsbedieningen of mobiele telefoons binnen het bereik van de sensor.

  7. Als de sensor bedekt is met sneeuw.

  8. Rijden met een aanhanger

Het sensorbereik kan in de volgende gevallen afnemen:

  1. Er zit vuil zoals sneeuw of water op de sensor. (De sensor werkt weer normaal zodra deze vrij is gemaakt.)

  2. Bij extreem hoge of lage buitentemperaturen.

De volgende voorwerpen worden mogelijk niet opgemerkt door de sensoren:

  1. Smalle voorwerpen als touwen, kettingen of paaltjes.

  2. Voorwerpen die de hoogfrequente signalen van de sensor absorberen, zoals kleding, sponsachtige materialen en sneeuw.

  3. Bij niet te detecteren voorwerpen lager dan 100 cm en smaller dan 14 cm.