U kunt de afstand controleren die de auto met het huidige batterijniveau kan afleggen.

• De actieradius is afhankelijk van vele factoren, zoals het laadniveau van de hoogspanningsbatterij, het weer, de temperatuur, de duurzaamheid van de batterij, geografische kenmerken en rijstijl.

• Afhankelijk van het aantal jaren dat de auto is gebruikt, kan de kwaliteit van de hoogspanningsbatterij achteruitgaan. Hierdoor kan de actieradius kleiner worden.

• Gemiddeld kan een auto ongeveer 385 km (cruisetype)/246 km (stadstype) of 239 mijl (cruisetype)/153 mijl (stadstype) rijden. De actieradius kan echter tussen 280-500 km (174-310 mijl) liggen voor een cruisetype en tussen 170-320 km (106-199 mijl) voor een stadstype, afhankelijk van het gebruik van de airconditioning/verwarming en verschillende andere omstandigheden.

  Als de verwarming wordt gebruikt bij koud weer of bij rijden op hoge snelheid, verbruikt de hoogspanningsbatterij veel meer elektriciteit. Hierdoor kan de actieradius aanzienlijk kleiner worden.

• De auto kan korte tijd nadat "---" wordt weergegeven tot stilstand komen. Wanneer dit wordt weergegeven, moet u naar een veilige plek rijden om de auto tot stilstand te brengen. (De actieradius varieert afhankelijk van rijsnelheid, verwarming/airconditioning, weer, rijstijl, enz.)

• De actieradius die wordt weergegeven op het instrumentenpaneel nadat het laden is voltooid, kan aanzienlijk variëren, afhankelijk van vorige rijpatronen. Als vorige rijpatronen ook bestonden uit rijden met hoge snelheid, waardoor de hoogspanningsbatterij meer elektriciteit gebruikte dan normaal, wordt de geschatte actieradius beperkt. Als de hoogspanningsbatterij weinig elektriciteit gebruikt in de ECO-modus, neemt de geschatte actieradius toe.

• Als u veelvuldig gebruik maakt van de airconditioning/verwarming, wordt er veel elektriciteit onttrokken aan de hoogspanningsbatterij. Hierdoor kan de actieradius kleiner worden. Daarom wordt geadviseerd de temperatuur in het interieur in de AUTO-modus in te stellen op 72°F (22°C). Uit verschillende tests is naar voren gekomen dat deze instelling resulteert in een optimaal energieverbruik bij een aangename temperatuur in het interieur. Schakel de verwarming en airconditioning UIT als u ze niet nodig hebt.

• Wanneer de verwarming of airconditioning is ingeschakeld, is het energieverbruik lager als de stand recirculatie wordt gekozen in plaats van de stand buitenlucht. Voor de stand buitenlucht is een grote hoeveelheid energie vereist, omdat de buitenlucht moet worden opgewarmd of afgekoeld.

• Wanneer u de verwarming of airconditioning gebruikt, gebruik dan de functie DRIVER ONLY (alleen bestuurder) of geplande airconditioning/verwarming.

• Rijd zoveel mogelijk met een constante snelheid, dat bespaart energie.

• Trap het gaspedaal geleidelijk in en laat het geleidelijk opkomen bij het versnellen en vertragen.

• Houd de bandenspanning altijd op de voorgeschreven waarde.

• Gebruik tijdens het rijden geen onnodige elektrische systemen.

• Vervoer geen overbodige spullen in de auto.

• Monteer geen onderdelen die de luchtweerstand vergroten.