De bestuurder is er verantwoordelijk voor om zich bewust te zijn van zijn omgeving en het voertuig of veilige wijze te besturen.

Draai het stuurwiel niet plotseling wanneer het stuurwiel mede wordt bediend door het systeem.

De Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) helpt voorkomen dat de bestuurder onbedoeld de rijstrook (of de weg) verlaat door de besturing te ondersteunen. Als de bestuurder opzettelijk aan één kant van de rijstrook rijdt, kan er sprake zijn van een continue stuurkracht.

Maar de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) dient slechts ter vergemakkelijking en het stuur wordt niet altijd bediend. De bestuurder moet tijdens het rijden zijn aandacht bij het stuur houden.

De Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) kan uitgeschakeld worden of niet goed werken vanwege wegomstandigheden en de omgeving. Rij altijd voorzichtig.

Haal de LKAS-camera niet uit elkaar voor montage op getinte ruiten of om coatings en accessoires te bevestigen.

Als u de camera uit elkaar haalt en weer in elkaar zet, moet u de functie laten nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt u aan om naar een officiële Kia-dealer/servicepartner te gaan en te laten controleren of de functie moet worden gekalibreerd.

Na het vervangen van de voorruit, de frontzichtcamera of verwante onderdelen die met de besturing te maken hebben, moet u de functie laten controleren door een professionele werkplaats.

Kia raadt u aan om naar een officiële Kia-dealer/servicepartner te gaan en te laten controleren of de functie moet worden gekalibreerd.

De functie detecteert rijstrookmarkeringen en bedient het stuurwiel aan de hand van de achteruitrijcamera. Als de rijstrookmarkeringen en wegranden niet goed zichtbaar zijn, werkt de functie daarom mogelijk niet goed. Wees altijd voorzichtig wanneer u het systeem gebruikt.

Wanneer de rijstrookmarkeringen en de rand van de weg slecht waar te nemen zijn, raadpleeg dan het onderdeel Meer details.

Verwijder of beschadig geen onderdelen die bij de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) horen.

Plaats geen voorwerpen op het dashboard die licht weerkaatsen, zoals spiegels of wit papier. Dit kan zorgen voor een storing in de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) als er zonlicht wordt gereflecteerd.

Mogelijk hoort u door overmatig lawaai van de audio het waarschuwingsgeluid van de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) niet.

Zolang er andere pieptonen zoals het waarschuwingsgeluid voor de veiligheidsgordels actief zijn en de waarschuwingsfunctie van de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) uitschakelen, klinken er mogelijk geen LKA-pieptonen.

Als de rijsnelheid te hoog is, zal het stuurkoppel niet voldoende zijn voor bekrachtiging om uw voertuig binnen de rijstrook te houden. In dat geval kan het voertuig van zijn rijstrook kunnen raken. Houdt u zich aan de snelheidslimiet als u de Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) gebruikt.

Als u voorwerpen aan de het stuurwiel bevestigt, kan het zijn dat de functie het sturen niet ondersteunt.

Als u voorwerpen aan de het stuurwiel bevestigt, werkt het alarm "handen niet op het stuur" mogelijk niet.