Automatisch ontwasemen voor automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem

Bediening
-
Voor Europa
-
De airconditioning gaat ON in de recirculatiemodus.
-
De stand wordt gewijzigd in ontwasemen om de luchtstroom naar de voorruit te leiden.
-
De snelheid van de ventilator zal verhogen.
-
-
Buiten Europa
-
De airconditioning gaat ON bij een lage temperatuur.
-
De regeling van de luchttoevoer verandert naar de modus frisse buitenlucht.
-
De snelheid van de ventilator zal verhogen.
-
De stand wordt gewijzigd in ontwasemen om de luchtstroom naar de voorruit te leiden
-
Werkingsvoorwaarde(n)
-
Als de verwarming of de airconditioning aanstaat.
-
Er wordt een hoog luchtvochtigheidsgehalte gedetecteerd in de auto.
Automatisch ontwasemen annuleren of resetten
Bediening
-
Druk (
) gedurende 3 seconden in.
-
Wanneer er wordt uitgeschakeld, knippert het controlelampje 3 keer.
-
Wanneer er wordt gereset, knippert het controlelampje 6 keer.
-

-
Wanneer de airconditioning is ingeschakeld door het automatische ontwasemingssysteem en u probeert de airconditioning uit te schakelen, dan wordt de airconditioning niet uitgeschakeld.
-
Om te zorgen dat het automatische ontwasemingssysteem effectief en efficiënt blijft werken, moet u de stand RECIRCULATIE niet selecteren terwijl het systeem actief is.
-
Wanneer het automatische ontwasemingssysteem actief is, zijn zowel de aanjagertoets, de temperatuurregelknop als de luchttoevoertoets uitgeschakeld.
-
Verwijder de sensorbehuizing bovenaan de voorruit niet.
Eventuele schade aan onderdelen die hierdoor kan ontstaan, valt niet onder de fabrieksgarantie.