Controleer de volgende punten alvorens de motorkap te sluiten:
- Of alle vuldoppen correct zijn teruggeplaatst.
- Of er geen handschoenen, doeken of andere brandbare materialen in de motorruimte zijn achtergebleven.
Laat de motorkap zakken tot ongeveer 30 cm (12 inch) boven de gesloten-stand en laat hem los. Controleer of de motorkap vergrendeld is.
Controleer of de motorkap goed is afgesloten.
- Als u de motorkap enigszins omhoog kunt trekken, is deze niet goed afgesloten.
- Open hem opnieuw en sluit hem met wat meer kracht.

WAARSCHUWING

Controleer voor het sluiten van de motorkap of er geen zaken in de motorruimte zijn achtergebleven die het sluiten zouden kunnen hinderen. Als wordt geprobeerd de motorkap te sluiten terwijl er nog iets in de motorruimte is achtergebleven, kan dat schade aan de motorkap veroorzaken, of ernstig persoonlijk letsel.
Laat geen handschoenen, doeken of andere brandbare materialen achter in de motorruimte. Deze zouden door de hitte in brand kunnen vliegen.
Controleer altijd nogmaals of de motorkap goed is vergrendeld alvorens met de auto te gaan rijden. Als de motorkap niet goed is vergrendeld, zou ze tijdens het rijden open kunnen gaan, waardoor de bestuurder geen zicht meer heeft en een aanrijding het gevolg kan zijn.
Verplaats de auto niet als de motorkap omhoog staat. Het zicht wordt belemmerd en de motorkap kan naar beneden vallen of beschadigd raken.