Zoek enkel op titel
Home > Handleiding elektrische auto > EV-menu > EV-instellingen

EV-instellingen

Selecteer het pictogram op het scherm. U kunt de laadlimiet, de oplaadstroom, de conditioneringsmodus voor de batterij en gebruiksmodusfuncties instellen.

Laadlimiet

  • Het doellaadniveau van de batterij kan worden geselecteerd wanneer er met een AC-lader of DC-lader wordt geladen.

  • Het laadniveau kan worden gewijzigd in stappen van 10%.

  • Als het doellaadniveau van de batterij lager is dan het laadniveau van de hoogspanningsbatterij, wordt de batterij niet geladen.

Laadstroom

  1. AC-lader

  2. Laadstroom

  • U kunt de laadstroom aanpassen voor een AC-lader. Kies een geschikte laadstroom.

  • Als het laadproces niet begint of halverwege abrupt wordt afgebroken, moet u een andere geschikte stroom kiezen en opnieuw proberen om de auto te laden.

  • De laadtijd varieert afhankelijk van de gekozen laadstroom.

  • Bij sommige AC-laders met hoge capaciteit (laders met een hogere stroomcapaciteit dan de stroomcapaciteit die door het voertuig kan worden ontvangen), is het mogelijk dat de laadstroom niet verandert, zelfs als de instelling wordt gewijzigd.

Gebruiksmodus

De hoogspanningsbatterij wordt gebruikt in plaats van de 12V-batterij voor de werking van de comfortfuncties van de auto. Wanneer er niet gereden hoeft te worden, zoals tijdens het kamperen of wanneer de auto lange tijd stilstaat, is het mogelijk om de elektrische voorzieningen (audio, verlichting, airconditioning, verwarming, enz.) urenlang te gebruiken.

  1. Gebruiksmodus

  2. Activeer gebruiksmodus

Systeem instellen en activeren

Systeeminstelling

De bestuurder kan de functie Gebruiksmodus activeren wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • De EV-toets staat in de stand POWER ON of DRIVE READY

  • De EPB (elektronische handrem) vertoont geen storing.

  • De versnellingsstand P (parkeren) is geselecteerd.

Het systeem activeren

Wanneer het systeem is geactiveerd:

  • Het controlelampje UTIL gaat branden op het instrumentenpaneel en de EPB wordt ingeschakeld

  • Selecteer EVEV-instellingenGebruiksmodusActiveer gebruiksmodus

  • Kunnen alle elektrische apparaten worden gebruikt, maar kan er niet met de auto worden gereden.

  • De elektronische handrem kan worden geannuleerd door op de elektronische handremschakelaar te drukken.

Kan de versnelling niet uit stand P (parkeren) worden geschakeld. Als u probeert te schakelen, wordt de melding Niet voldaan aan schakelvoorwaarden op het scherm van het infotainmentsysteem weergegeven.

Het systeem uitschakelen
  • Druk de EV-toets in zonder op de rem te trappen om het voertuig uit te zetten.

  • Als u de EV-toets indrukt terwijl u op de rem trapt, gaat het voertuig naar de DRIVE READY-modus.

  • Selecteer EVEV-instellingenGebruiksmodus, zet het Gebruiksmodus-activeringsmenu op UIT in het infotainmentsysteem. Druk na bevestiging van de uitschakeling van de Gebruiksmodus op Ja om de gebruiksmodus uit te schakelen, dan gaat het voertuig uit

Conditioneringsmodus voor de batterij (indien van toepassing)

  1. Batterij conditionering

  • De batterijconditioneringsmodus is efficiënt in de winterperiode wanneer de temperatuur van de hoogspanningsbatterij laag is. Deze modus wordt aanbevolen om de rij- en gelijkstroomlaadprestaties tijdens de winter te verbeteren. De rijafstand kan echter worden verkort, omdat er meer energie nodig is om de batterijtemperatuur te verhogen.

  • Als de batterijtemperatuur tijdens het rijden laag is, verhoogt de batterijconditioneringsmodus de batterijtemperatuur tot een adequaat niveau. Deze modus wordt gebruikt om de rij- en laadprestaties te verbeteren wanneer de batterijtemperatuur laag is en de geplande airconditioning/verwarming geactiveerd is. Wanneer het batterijniveau laag is, wordt de modus echter niet gebruikt om de actieradius te behouden.

  • Als u een DC-laadstation als bestemming in de batterijconditioneringsmodus instelt, kunt u de oplaadtijd verkorten door de batterijtemperatuur bij aankomst op een voldoende niveau te brengen.

  • Het waarschuwingslampje van de conditioneringsmodus van de batterij gaat branden wanneer de conditioneringsmodus van de batterij actief is.

OPMERKING
  • Deze modus is alleen beschikbaar voor auto's die zijn voorzien van een batterijverwarming.

  • Het infotainmentsysteem kan veranderen na software-updates. Voor meer informatie raadpleeg de meegeleverde handleiding in het infotainmentsysteem en de snelle referentiegids.