Zoek enkel op titel
Home > Met uw auto rijden > Voertuigvermogen > Starten van de auto

Starten van de auto

Startknop

Procedure

  • UIT

    • Stop het voertuig, schakel naar P (Parkeren) en druk op de EV-toets met het rempedaal ingetrapt om DRIVE READY of POWER ON helemaal uit te schakelen.

    OPMERKING

    Wanneer u de auto start terwijl u naar een andere stand schakelt dan P:

    Wordt de transmissie automatisch van R (achteruit)/D (rijden)/N (neutraal) naar P (parkeren) geschakeld en daarna de motor uitgezet.

  • POWER ON

    • Druk de EV-toets twee keer in zonder dat u het rempedaal intrapt.

    • De waarschuwingslichten kunnen worden gecontroleerd.

    • Binnen 14 minuten na POWER ON toont het scherm van het infotainmentsysteem het onderstaande. Om het voertuigvermogen te blijven gebruiken, drukt u op 'Gebruiksmodus starten'.

    • Als POWER ON 15 minuten blijft zonder naar de gebruiksmodus te gaan, wordt het vermogen uitgezet.

    OPMERKING
    • Als het opladen van de hoogspanningsbatterij en de V2L-functie gebruikt worden met POWER ON, wordt de gebruiksmodus toegepast en het vermogen niet uitgezet.

    • Het infotainmentsysteem kan worden gewijzigd via updates. Voor meer informatie, zie Meer details

  • DRIVE READY (gereed om te rijden)

    • Druk op de EV-toets terwijl u het rempedaal intrapt in P (parkeren), met het voertuig in stand OFF of POWER ON.

Het voertuig starten met de smart key

Het voertuig probeert de smart key te detecteren wanneer:

  • De portieren worden geopend

  • De EV-toets wordt ingedrukt

Als de smart key zich niet in de auto bevindt, verschijnen het controlelampje () en de melding op het instrumentenpaneel.

WAARSCHUWING
  • Druk de EV-toets nooit in terwijl de auto rijdt. Hierdoor kunt u de controle over de stuur- en de remfunctie verliezen, wat tot een ongeval kan leiden.

  • Controleer altijd, voordat u de bestuurdersstoel verlaat, of stand P (parkeren) is ingeschakeld en activeer de handrem volledig en schakel de auto uit. Als deze voorzorgsmaatregelen niet worden opgevolgd, kan de auto onverwacht en plotseling in beweging komen.

  • Steek tijdens het rijden nooit uw hand door het stuurwiel om de EV-toets of andere bedieningsorganen te bedienen. Hierdoor kunt u de controle over de auto verliezen, wat kan leiden tot een ongeval en ernstig of dodelijk letsel.

  • Plaats geen losse voorwerpen rondom de bestuurdersstoel. Deze kunnen tijdens het rijden gaan bewegen en de bestuurder hinderen, wat kan leiden tot een ongeval.

  • De auto wordt alleen gestart wanneer de Smart Key zich in de auto bevindt. Laat kinderen of anderen die niet vertrouwd zijn met de auto nooit de EV-toets of aanverwante onderdelen aanraken. Als er op de EV-toets wordt gedrukt terwijl de smart key zich in de auto bevindt, kan het Meer detailsvoertuig onbedoeld worden ingeschakeld en/of de auto onbedoeld gaan bewegen.

LET OP
  • In een noodsituatie kunt u, terwijl de auto rijdt, de motor uitschakelen en het contact in de POWER ON-stand zetten door de EV-toets langer dan 2 seconden ingedrukt te houden of binnen 3 seconden 3 keer in te drukken. Als het voertuig nog blijft rijden, start u het voertuig als volgt opnieuw:

    • Druk op de EV-toets wanneer de rijsnelheid 5 km/u (3 mph) of hoger is.

  • Als het voertuig wordt uitgeschakeld tijdens het rijden, probeer dan niet de transmissie in stand P (parkeren) te zetten. Als de verkeersomstandigheden het toelaten kunt u de transmissie in stand N (Neutraal) zetten terwijl de auto nog rijdt en vervolgens de EV-toets indrukken om te proberen de motor opnieuw te starten.

  • Druk de EV-toets nooit langer dan 10 seconden in, behalve wanneer de remlichtzekering is doorgebrand.

OPMERKING
  • Als u de EV-toets lang in stand ON laat staan, zal de batterij ontladen.

  • Als u de EV-toets indrukt zonder het rempedaal in te trappen, zal de motor niet starten en wijzigt de stand van de EV-toets als volgt:

    • UIT → POWER ON → UIT

  • Als het stuur niet correct wordt ontgrendeld, zal de EV-toets niet werken. Druk de EV-toets in terwijl u het stuur naar rechts en naar links draait om de spanning eraf te halen.

  • U kunt de auto alleen uitschakelen wanneer deze stilstaat.

    Als u instapt met de smart key of digitale sleutel (UWB) (indien aanwezig) terwijl de doeltemperatuur in werking is, wordt het voertuig naar DRIVE READY geschakeld om te kunnen rijden. Maar om zonder smart key of digitale sleutel naar DRIVE READY te schakelen moet u de NFC (kaart, digitale sleutel) (indien aanwezig) op het oplaadpad plaatsen. Sluit daarna het portier of trap het rempedaal in. Wanneer u het portier sluit of het rempedaal intrapt, als de smart key of digitale sleutel (indien aanwezig) niet in de auto is, verschijnt daarvoor een waarschuwing. Wees na het schakelen naar DRIVE READY voorzichtig, want de auto kan gaan bewegen als u de schakelhendel van P (parkeren) naar een andere stand zet.

  • Als de batterij bijna leeg is of de Smart Key niet goed werkt, kunt u de auto starten door de EV-toets met de Smart Key in te drukken. Als u de EV-toets rechtstreeks met de smart key indrukt, moet de smart key onder een rechte hoek contact maken.

  • Wanneer de remlichtzekering is doorgebrand, kunt u de auto niet normaal starten.

    Vervang de zekering door een nieuwe. Als dit niet mogelijk is, kunt u de auto starten door de EV-toets in stand POWER ON 10 seconden ingedrukt te houden. De motor kan starten zonder dat het rempedaal wordt ingetrapt. Maar voor uw veiligheid moet u altijd het rempedaal intrappen voordat u het voertuig start.