Zoek enkel op titel
Home > Kenmerken van uw auto > Stuur > Claxon

Claxon

De claxon bedienen

Procedure

  • Druk op het gebied rond het claxonsymbool op het stuur.

WAARSCHUWING
  • Verstel het stuur nooit tijdens het rijden. U kunt de macht over het stuur verliezen en ernstig persoonlijk letsel, de dood of ongevallen veroorzaken.

  • Controleer na het afstellen of het stuurwiel goed vastzit.

  • Als het stuurwiel te warm wordt, moet u het systeem uitschakelen. De stuurwielverwarming kan zelfs bij lage temperaturen brandwonden veroorzaken, vooral als de functie gedurende langere tijd wordt gebruikt.

LET OP
  • Breng geen enkele bedekking op het stuur aan, aangezien dit de werking van het stuurverwarmingssysteem nadelig kan beïnvloeden.

  • Gebruik voor het reinigen van het stuur met stuurverwarming geen organisch oplosmiddel, zoals thinner, alcohol of wasbenzine. Anders kan het oppervlak van het stuurwiel beschadigd raken.

  • Als het oppervlak van het stuur beschadigd is geraakt door een scherp voorwerp, kan er schade ontstaan aan de onderdelen van het stuurverwarmingssysteem.

  • Om de claxon te bedienen hoeft u niet op het claxongedeelte te slaan. Druk het claxongedeelte niet in met een scherp voorwerp.

  • Gebruik voor het reinigen van het stuurwiel geen organisch oplosmiddel, zoals thinner, alcohol of wasbenzine. Anders kan het stuurwiel beschadigd raken.

OPMERKING
  • Stel het stuurwiel af voordat u gaat rijden.

  • Het is mogelijk dat de ontgrendelhendel, na het instellen, het stuurwiel niet blokkeert. Dit duidt niet op een storing. Dit gebeurt als er twee tandwielen in aangrijping zijn. Stel in zo'n geval het stuur opnieuw in en vergrendel het.

  • Volgende symptomen kunnen zich tijdens normaal gebruik van de auto voordoen:

    • Het waarschuwingslampje EPS brandt niet.

    • Het draaien van het stuur gaat zwaar direct nadat de EV-toets in de DRIVE READY-stand is gezet. Dat gebeurt als het EPS-systeem een zelfdiagnose uitvoert. Als de zelfdiagnose is voltooid, gaat het draaien aan het stuurwiel weer net zo licht als anders.

    • Er kan een klikkend geluid hoorbaar zijn van het EPS-relais nadat de EV-toets in de stand DRIVE READY is gezet.

    • Het geluid van de motor is mogelijk hoorbaar als de auto stilstaat of met lage snelheid rijdt.

    • Wanneer een abnormaliteit wordt gedetecteerd in het elektronische stuurbekrachtigingssysteem worden de stuurhulpfuncties gestopt om eventuele dodelijke ongevallen te voorkomen. Op dat moment gaat het waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden of knipperen en wordt de elektronische ondersteuning van de stuurbediening uitgeschakeld. Controleer de auto onmiddellijk nadat u deze naar een veilige plaats hebt gebracht.

    • De benodigde stuurkracht neemt toe als het stuurwiel voortdurend wordt gedraaid wanneer de auto niet in beweging is. Na een paar minuten gaat het draaien aan het stuurwiel echter weer net zo licht als anders.

    • Als het EPS-systeem niet normaal werkt, gaat het waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden of knipperen. De controle over het stuur kan afnemen of de stuurreactie kan abnormaal zijn. Laat het systeem in dat geval nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële Kia-dealer/servicepartner te bezoeken.

    • Als u het stuurwiel verdraait bij lage temperatuur, kan een afwijkend geluid hoorbaar zijn. Dit geluid stopt zodra de bedrijfstemperatuur wordt bereikt. Dit is een normaal verschijnsel.

    • Als u de auto met startkabels moet starten, werkt het stuur wellicht niet correct. Dat is tijdelijk, vanwege de lege batterij, en zodra de batterij is opgeladen zal het stuur weer normaal werken. Draai aan het stuur om te kijken of het correct werkt voordat u gaat rijden.

  • De stuurverwarming gaat ongeveer 30 minuten na het inschakelen van de stuurverwarming automatisch uit.

Stuurwiel gripsensor

Tijdens het rijden met ingeschakelde Driver assistance (bestuurdersassistentie) detecteert het systeem of de bestuurder het stuurwiel vasthoudt en geeft het de waarschuwing Hands-off(handen van het stuur) weer als de bestuurder het stuurwiel niet vasthoudt.

Voor meer informatie, zie Meer details, Meer details, Meer details.

OPMERKING

De stuurwielsensor werkt mogelijk niet goed als de volgende voorzorgsmaatregelen niet worden opgevolgd.

  • Breng geen wijzigingen aan in de stuurwielafdekking.

  • Bevestig geen accessoires op de rand van het stuurwiel.

  • Laat het stuurwiel niet in contact komen met elektronische apparaten (bijvoorbeeld laptops, tablets, enz.).

  • Laat het stuurwiel niet in contact komen met metalen of geleidende voorwerpen (bijvoorbeeld bekers, drankblikjes, enz.).

  • Vermijd overmatig contact met vocht (bijvoorbeeld natte tissues, gemorst water, damp van stoomwassen, enz.)

Wanneer de bestuurder handschoenen draagt of accessoires zoals een hoes, stuurwielknoppen of andere bevestigingen aan het stuurwiel zijn bevestigd, is het mogelijk dat de sensor de handen van de bestuurder niet detecteert, zelfs wanneer de bestuurder het stuurwiel vasthoudt.

Haptische stuurwaarschuwing

De functie van het bestuurdersassistentiesysteem met haptische waarschuwing op het stuurwiel waarschuwt de bestuurder door het stuurwiel te laten trillen wanneer het een gevaarlijke situatie detecteert.

Procedure

  • Als het voertuig in de stand POWER ON of DRIVE READY staat, selecteert u InstellingenVoertuigBestuurdersassistentie Waarschuwingsmethoden Haptische waarschuwing op het infotainmentsysteem.

OPMERKING

Het infotainmentsysteem kan veranderen na software-updates. Voor meer informatie raadpleeg de meegeleverde handleiding in het infotainmentsysteem en de snelle referentiegids.