Lcd-displayberichten
Portier, motorkap, achterklep, schuif-/kanteldak open

-
Deze waarschuwingsmelding geeft weer welk portier is geopend of dat de motorkap, de achterklep of het schuif-/kanteldak is geopend.
Waarschuwingsdisplay lage bandenspanning

Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven als de bandenspanning laag is. De betreffende band van de auto licht op.
* Zie Meer detailsvoor meer informatie.
Lichtenmodus

Deze indicator geeft weer welke verlichting aan de buitenzijde er is geselecteerd met de bediening van de verlichting.
De functie ruitenwisser-/verlichtingsweergave kan worden geactiveerd en gedeactiveerd via de modus Gebruikersinstellingen op het lcd-display van het instrumentenpaneel.
Ruitenwissermodus

Dit controlelampje geeft weer welke wissersnelheid er is geselecteerd met de bediening van de ruitenwissers.
De functie ruitenwisser-/verlichtingsweergave kan worden geactiveerd en gedeactiveerd via de modus Gebruikersinstellingen op het lcd-display van het instrumentenpaneel.
Low washer fluid (Laag sproeivloeistofniveau) (indien van toepassing)

Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven als de ruitensproeiervloeistof bijna op is.
U moet het reservoir met ruitensproeiervloeistof bijvullen.
Waarschuwing voor ijs op de weg

Deze waarschuwing attendeert de bestuurder erop dat de weg glad kan zijn.
In de volgende omstandigheden knippert het waarschuwingslampje (en de buitentemperatuurmeter) 5 keer en blijft dan branden. Ook klinkt eenmalig een waarschuwingszoemer.
-
De temperatuur op de buitentemperatuurmeter is lager dan 4 °C (40 °F).

Als de waarschuwing tijdens het rijden verschijnt, moet u voorzichtiger gaan rijden en hoge snelheden, snel optrekken, plotseling remmen, het maken van scherpe bochten enz. vermijden.
Oververhitte motor
-
Dit waarschuwingsbericht verschijnt wanneer de temperatuur van de motorkoelvloeistof hoger is dan 120 °C (248 °F). Dit betekent dat de motor oververhit is en beschadigd kan raken.
* Als uw voertuig oververhit is, zie Meer details.
Sleutelbatterij is laag (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwing verschijnt als de batterij in de Smart Key ontladen wordt wanneer de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) in stand OFF wordt gezet.
Druk op de START-knop terwijl u aan het stuur draait (voor Smart Key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als het stuurwiel niet normaal wordt ontgrendeld wanneer de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) wordt ingedrukt.
-
Dit betekent dat u op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) moet drukken terwijl u het stuurwiel naar rechts en links draait.
Stuurwielslot ontgrendeld (bij Smart Key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als het stuurwiel niet vergrendelt wanneer de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) in stand OFF wordt gezet.
Controleer Systeem Stuurslot (voor Smart Key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als het stuurwiel niet normaal vergrendelt wanneer de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) in stand OFF wordt gezet.
Key not in vehicle (sleutel niet in het voertuig) (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als de Smart Key zich niet in de auto bevindt wanneer u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) indrukt.
-
Dit betekent dat u de Smart Key altijd bij u moet dragen.
Key not detected (sleutel niet gevonden) (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als de Smart Key niet gedetecteerd is wanneer u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) indrukt.
Shift to P or N to start engine (Schakel naar P (parkeren) of N (neutraal) om te starten) (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding gaat branden als u de motor probeert te starten terwijl de transmissie niet in stand P (parkeren) of N (neutraal) staat.
Duw op rempedaal voor starten motor (bij Smart Key-systeem)
-
Deze waarschuwing licht op als de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) twee keer naar de stand ACC gaat door de toets meerdere keren in te drukken zonder het rempedaal in te trappen.
-
Dit betekent dat u het rempedaal in moet trappen om de motor te starten.
Ontlading van de accu door externe elektrische apparaten
Het voertuig kan zelfontlading van de accu detecteren ten gevolge van een te hoge stroomsterkte die wordt gegenereerd door niet toegestane elektrische apparaten, zoals een dashboardcamera (dashcam) tijdens parkeren.
Als de waarschuwing zelfs na verwijdering van de externe elektrische apparaten nog steeds wordt gegeven, laat uw voertuig dan nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om contact op te nemen met een officiële Kia-dealer/servicepartner.
Press START button again (Druk opnieuw op de START-knop) (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding licht op als u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) niet kunt bedienen als er een probleem is met het systeem van de toets ENGINE START/STOP.
-
Het houdt in dat u de motor kunt starten door nogmaals op de toets ENGINE START/STOP te drukken.
-
Als deze waarschuwing elke keer wordt weergegeven dat u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) indrukt, moet u uw voertuig laten controleren door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële Kia-dealer/servicepartner te bezoeken.
Press START button with key (Druk op de START-knop met de sleutel) (bij smart key-systeem)
-
Deze waarschuwingsmelding verschijnt als u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) indrukt terwijl de waarschuwingsmelding "Key not detected" (Sleutel niet gevonden) brandt.
-
Op dit moment gaat het controlelampje van het startblokkeersysteem knipperen.
Check BCW-systeem (indien van toepassing)
Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven als er een probleem is met het Blind-Spot Collision Warning-systeem (BCW; botsingswaarschuwing blinde hoek). In dat geval raden we u aan de auto te laten controleren door een officiële Kia-dealer/servicepartner.
Coasting Guide (indien van toepassing)

Er klinkt een geluidssignaal en het lampje van de zeilfunctie verschijnt om de bestuurder te adviseren het gaspedaal los te laten en te decelereren* op basis van de routes en wegomstandigheden opgeslagen in het navigatiesysteem. Het spoort de bestuurder aan om zijn voet van het gaspedaal te halen en te freewheelen op de EV-motor alleen. Dit helpt het brandstofverbruik te drukken en optimaliseren.
* Decelereren gebeurt bijvoorbeeld tijdens het rijden van een langere helling, het vertragen voor een tolhuisje en het naderen van zones met beperkte snelheid.
-
Gebruikersinstellingen
Druk op de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) en zet de selectieknop in stand P (parkeren). In de modus gebruikersinstellingen (User Settings Mode) selecteert u rijhulp (Driver Assistance), zeilfunctie (Coasting Guide), en AAN (On) om het systeem in te schakelen. Annuleer de selectie van Coasting guide (zeilfunctie) om het systeem uit te schakelen. Voor meer uitleg over het systeem, druk op de toets [OK] en houd ingedrukt.
-
Gebruiksvoorwaarden
Handel als volgt om het systeem in te schakelen. Vul in het navigatiesysteem uw bestemming in en kies de route. Selecteer de ECO rijmodus in het In rijmodus geïntegreerde regelsysteem. Houd u daarna aan het volgende.
-
De snelheid moet tussen 30 km/h (19 mph) en 160 km/h (99 mph) liggen.
-
* De reële snelheid kan verschillen door een verschil tussen instrumentenpaneel en navigatiesysteem als gevolg van de bandenspanning.
Voertuig loskoppelen om te starten (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer u de motor start zonder dat u de laadkabel loskoppelt. Koppel de laadkabel los en start vervolgens het voertuig.
Resterende oplaadtijd (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven om de resterende tijd voor het volledig opladen van de batterij te melden.
Schakel naar P (parkeren) om te laden (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de laadstekker is aangesloten met de selectieknop in de stand R (achteruit), N (neutraal) of D (rijden). Beweeg de selectieknop naar P (parkeren) en begin opnieuw met laden.
Elektrische modus/automatische modus/hybride modus (plug-inhybride voertuig)
Een overeenkomstig bericht wordt weergegeven wanneer een modus wordt geselecteerd door op de HEV-toets te drukken.
Accu laag. Hyb-modus behouden (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer het onmogelijk is om over te schakelen naar de EV-modus, zelfs door het indrukken van de HEV-toets tijdens rijden in de HEV-modus, omdat de hoogspanningsbatterij (hybridebatterij) onvoldoende lading heeft.
Systeemtemperatuur is laag. Schakelen naar hybride modus/hoge systeemtemperatuur. Schakelen naar hybride modus (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven als de temperatuur van de hoogspanningsbatterij (hybride) te laag of te hoog is.
Deze waarschuwingsmelding dient om de batterij en het hybride systeem te beschermen.
Systeemtemperatuur is laag. Hybridemodus behouden/Hoge systeemtemperatuur Hyb-modus behouden (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven als de temperatuur van de hoogspanningsbatterij (hybride) te laag of te hoog is. Deze waarschuwingsmelding dient om de batterij en het hybride systeem te beschermen.
Wacht tot klep brandstoftank opent (plug-inhybride)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer u probeert om de tankdopklep te openen terwijl de brandstoftank onder druk staat. Wacht totdat de druk van de brandstoftank af is.
Brandstofklep open (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de tankdopklep open gaat nadat de druk van de brandstoftank af is. Als dit bericht verschijnt, kunt u de brandstoftank bijvullen.
Opladen onderbroken. Controleer de AC-lader (plug-inhybride)
Dit bericht wordt weergegeven wanneer het laden mislukt is door een externe laadfout.
Het doel van dit bericht is om u te informeren dat de fout is opgetreden in de lader zelf en niet in het voertuig.
Opladen onderbroken. Controleer de kabelverbinding (plug-inhybride voertuig)
Deze melding wordt weergegeven wanneer het laden is gestopt omdat de laadstekker niet correct op de laadaansluiting is aangesloten. In dit geval moet u de laadstekker loskoppelen en opnieuw aansluiten, en controleren of er sprake is van een probleem (uitwendige beschadiging, verontreinigingen enz.) met de laadstekker en de laadaansluiting. Als hetzelfde probleem zich voordoet wanneer de auto wordt geladen met een vervangende laadkabel of een originele draagbare lader van Kia, moet u het voertuig laten nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële Kia-dealer/servicepartner te bezoeken.
Laadklep open (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht geeft aan dat de laadklep open is terwijl het voertuig klaar is om te rijden. U wordt aangeraden de klep te controleren en te sluiten. (Als er wordt gereden met een openstaande laadklep kan er vocht binnenkomen of schade ontstaan. Dit bericht is bedoeld om dergelijke zaken te voorkomen.)
Hyb-modus inschakelen voor verwarming of airconditioning (plug-inhybride voertuig)
-
Wanneer de buitentemperatuur lager is dan -15°C (5°F) en de koelvloeistoftemperatuur lager is dan 70°C (158°F), schakelt u het verwarmings- en ventilatiesysteem in om te verwarmen en wordt het bovenstaande bericht weergegeven in het instrumentenpaneel. Daarna schakelt het voertuig automatisch naar HEV-modus en wordt de EV-modus niet geactiveerd (ook als de toets EV/HEV wordt ingedrukt)
-
Wanneer de buitentemperatuur hoger is dan -10°C (14°F) , de koelvloeistoftemperatuur hoger is dan 80°C (176°F) of u het verwarmings- en ventilatiesysteem uitschakelt, keert het voertuig automatisch terug naar de EV-modus.
Wisselen naar hybride modus voor zelfdiagnose (plug-inhybride voertuig)
Dit bericht wordt weergegeven voor zelfdiagnose van het hybridesysteem.
Low fuel (brandstofniveau laag)
-
Deze waarschuwing wordt weergegeven als de brandstoftank bijna leeg is.
-
Wanneer deze melding wordt weergegeven, gaat het waarschuwingslampje voor een laag brandstofniveau in het instrumentenpaneel branden.
-
Geadviseerd wordt om het dichtstbijzijnde tankstation op te zoeken en zo snel mogelijk te tanken.