Zoek enkel op titel
Home > Met uw auto rijden > Highway Driving Assist (HDA; rijhulp op de snelweg) > Werking van Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg)

Werking van Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg)

Weergave en bediening

U ziet de bedrijfsstatus van het Highway Driving Assist-systeem in de Driving Assist-modus (rijassistentie) op het instrumentenpaneel. Zie Meer details.

Highway Driving Assist (hulp voor rijden op de snelweg) wordt weergegeven zoals hieronder, afhankelijk van de status van de functie.

Werkingsstatus
Standby-status
  1. Controlelampje Highway Driving Assist, geeft weer of er een voorligger is en geeft het gekozen afstandsniveau weer.

    • Controlelampje Highway Driving Assist

      • Groen (): Werkingsstatus

      • Wit (): Standby-status

  2. Ingestelde snelheid wordt weergegeven.

  3. Controlelampje Lane Following Assist wordt weergegeven.

  4. Eventuele aanwezigheid van een voorligger en de afstand tot het voertuig worden weergegeven.

  5. Er wordt weergegeven of de rijstrook wordt gedetecteerd of niet.

* Meer informatie over Lane Following Assist (LFA), Meer details.

* Meer informatie over Smart Cruise Control (SCC), Meer details.

De afbeeldingen of kleuren worden mogelijk anders weergegeven naargelang de specificaties van het instrumentenpaneel of thema.

Werking van de functie

Highway Driving Assist werkt als u op de hoofdrijbaan van een snelweg (of hoofdweg) rijdt of deze hoofdrijbaan oprijdt, en aan de volgende voorwaarden voldoet:

  • Het Lane Following Assist-systeem is actief

  • Smart Cruise Control is geactiveerd

OPMERKING
  • Wanneer Smart Cruise Control begint te werken terwijl u op de hoofdrijbaan van een snelweg (of hoofdweg) rijdt, is Highway Driving Assist actief.

  • Wanneer u de hoofdrijbaan van een snelweg (of hoofdweg) oprijdt, wordt Highway Driving Assist niet ingeschakeld als het Lane Following Assist-systeem is uitgeschakeld, zelfs als Smart Cruise Control werkt.

Opnieuw starten na stoppen

Wanneer Highway Driving Assist werkt, stopt uw auto als uw voorligger stopt. En als uw voorligger binnen ongeveer 30 seconden na het stoppen weer gaat rijden, gaat uw auto ook rijden. Wanneer de auto is gestopt en ongeveer 30 seconden heeft stilgestaan, verschijnt de melding 'Use switch or pedal to accelerate' ('Gebruik schakelaar of pedaal om te accelereren') op het instrumentenpaneel. Trap het gaspedaal of druk op de schakelaar +, - of () om te gaan rijden.

Waarschuwing hands-off (handen van het stuur)

Als de bestuurder het stuurwiel gedurende meerdere seconden loslaat, verschijnt de waarschuwingsmelding 'Handen op het stuur houden’ en klinkt een waarschuwingssignaal met verschillende niveaus.

  • Eerste niveau: Waarschuwingsmelding

  • Tweede niveau: Waarschuwingsmelding (rood stuurwiel) en waarschuwingssignaal

Indien de handen van de bestuurder nog steeds niet op het stuur zijn na de waarschuwing, verschijnt de waarschuwingsmelding 'Highway Driving Assist (HDA) system canceled' (Highway Driving Assist (HDA)-Systeem geannuleerd).

Functie stand-by

Als het Smart Cruise Control-systeem tijdelijk geannuleerd wordt terwijl Highway Driving Assist werkt, staat Highway Driving Assist in stand-by. Het Lane Following Assist-systeem treedt dan normaal in werking.